Wij gebruiken cookies op de website. Analytische cookies laten ons geanonimiseerd zien hoe men de website gebruikt. Met die inzichten monitoren en verbeteren we fsin.nl. Lees meer

Ik ga niet akkoord

Foodretail meets Foodservice: kansen en uitdagingen in blurring

Blurring biedt kansen, maar zorgt ook voor uitdagingen, zowel voor outlets, grossiers als leveranciers. Alle spelers moeten leren anticiperen op het veranderende consumentengedrag en hun verdienmodellen aanpassen om toekomstbestendig te zijn. Het is één van de hoofdconclusies van het Foodretail meets Foodservice-congres, georganiseerd door het FSIN, EFMI en de Rabobank op 7 maart in Utrecht.

15 maart 2018 - Interessante sprekers, prachtige anekdotes, humor en een open sfeer. Het was een geslaagde dag en aan interactie geen gebrek. De foodbranche blurde letterlijk: vertegenwoordigers uit het foodservice- en het foodretailkanaal mengden zich om gezamenlijk te luisteren en te reageren op de presentaties. Centraal stond de grensvervaging tussen het foodservice- en het foodretailkanaal. De 250 deelnemers vonden elkaar over en weer in de inzichten en ervaringen die volop werden gedeeld. We kijken in vogelvlucht terug op het congres en geven per spreker een korte samenvatting.

1 / 8
Prof. Dr. Laurens Sloot
Directeur EFMI
Prof. Dr. Werner Reinartz
Hoogleraar Retail & Customer Management Universiteit van Keulen.
Arnaud Wynia
Sourcing and merchandising specialist Beerwulf
Bas van Eekelen
Business development manager Foodretail & Foodservice GfK Nederland.
Gerard Koning
Commercieel directeur Coop
Bart van den Nieuwenhof
Directeur La Place
Henk-Jan van Maanen
Directeur De Van Maanen Food Groep
Arno Buijs
Head of food Hema

 

Prof. Dr. Laurens Sloot 

‘De stijgende welvaart in de afgelopen decennia heeft een nieuwe vorm van armoede gecreëerd: tijdarmoede.’ Prof. Dr. Laurens Sloot, directeur van het EFMI, haalde de woorden van econoom Heleen Mees aan als startschot voor zijn presentatie. Hij opende het ochtendprogramma waarin het thema ‘online’ centraal stond.

Hoe deelt de Nederlandse consument zijn 168 spaarzame uren per week in en welk aandeel heeft food daarin? Enkele inzichten die het EFMI signaleert ten aanzien van de foodconsumptie:

  • Consumenten besteden steeds minder tijd aan eten en de bereiding ervan.
  • De buitenshuisconsumptie groeit; denk aan uit-eten gaan en take-away.
  • In Nederland is de verhouding thuisconsumptie versus buitenhuisconsumptie nu nog twee derde versus een derde; in Amerika is die balans met een marktaandeel van 50% voor beide kanalen al in evenwicht.

Spelers in de markt spelen hierop in. Sloot: ‘Kijk naar Picnic, zij spelen in op zowel de traditionele boodschap als convenience.’ Maar biedt dit de oplossing? De eerste keer online boodschappen doen, is voor de meesten van ons nog complex. Online boodschappen doen, vereist een andere manier van denken en een duidelijke planning. Desondanks wordt het door gebruikers ervaren als convenience.

Of online boodschappen doen een valide businessmodel kan bieden, valt te betwijfelen, zo meent Sloot. Bezorgkosten, juiste prijsstellingen, verticale integratie en het toevoegen van additionele services zijn hierin van belang.

 

Prof. Dr. Werner Reinartz 

‘Consumenten gaan niet naar de winkel, de winkel komt naar jou toe’ - zo luiden de woorden van de tweede spreker van de dag, Prof. Dr. Werner Reinartz, hoogleraar Retail & Customer Management aan de Universiteit van Keulen.

De hoogleraar gaat dieper in op de vraag hoe bedrijven hun businessmodel kunnen digitaliseren om zo het consumptiegedrag van de consument te beïnvloeden. Reinartz spreekt over ‘moments of truth’. Dat zijn de verschillende momenten waarop een bedrijf contact maakt met de consument - en andersom. Het eerste ‘moment of truth’ is het moment waarop de consument voor het schap in aanraking komt met het product. Het tweede ‘moment of truth’ is het moment waarop de consument het product gebruikt. Hier voegt hij het ‘zero moment of truth’ aan toe, het moment waarop de consument het product eerst opzoekt, bijvoorbeeld met behulp van Google.

Reinartz neemt Amazon als voorbeeld van een bedrijf dat deze ‘moments of truth’ heeft weten te claimen met de introductie van de Amazon Dash Button. Een consument kiest zijn wasmiddel en hoeft die keuze niet meer opnieuw te maken. Hij klikt simpelweg op de knop en er wordt een nieuwe bestelling in zijn Amazon-winkelmandje klaargezet.

 

Arnaud Wynia 

Bij Beerwulf.com, het online platform voor speciaalbier in Nederland, heeft de consument deze keuze wel. Motto: 'Connect the best brewers and beers of the world with the beer lovers and lakers of Europe'.

Beerwulf zet de brouwer in de schijnwerpers en laat hem zijn verhaal vertellen. Beerwulf faciliteert en belangrijker: Beerwulf zorgt dat het bier verkocht wordt. Duidelijke woorden van Arnaud Wynia, sourcing and merchandising specialist.

De markt voor speciaalbier groeit hard. Nederland telt meer dan vijfhonderd brouwers, groot en klein. De een beschikt over meerdere ketels, de ander droomt ervan. Beerwulf is een jong bedrijf dat volop in ontwikkeling is. Wynia over die opstartfase: ‘Soms werkt het wel, soms niet. Het is heerlijk om fouten te maken.’ Bloggers, biersommeliers en andere kenners bepalen voor een groot deel het assortiment. Samen met de brouwers selecteert Beerwulf vervolgens de beste producten voor de consument. SEO, SEA en A/B-testen zijn belangrijke instrumenten voor zoekmachineoptimalisatie die Beerwulf inmiddels uitstekend ‘bespeelt’.

Tot slot vertelt Wynia over de case Brouwerij Noordt uit Rotterdam. Brouwerij Noordt richtte zich in eerste instantie primair op (trouwe) afnemers in groot-Rotterdam. Beerwulf daagde de brouwer uit zijn marktgebied te vergroten. Ondersteund door beeldmateriaal vertelt Brouwerij Noordt op een aparte pagina op de site zijn verhaal. Twee maanden later trekt de brouwer niet alleen klanten in de rest van Nederland, nee zelfs in een aantal nieuwe landen.

 

Bas van Eekelen 

Samen op zoek naar het businessmodel van morgen. GfK onderzoekt de veranderende consumentenbehoeften en de wijze waarop foodorganisaties daarop anticiperen. Feitelijk inzicht kan daarbij niet ontbreken, aldus Bas van Eekelen, business development manager Foodretail & Foodservice bij GfK Nederland.

Van Eekelen presenteerde de uitkomsten van het derde consumentenonderzoek ‘New Food Concepts’, waarbij het onderzoeksbureau bijna twintig ‘blurrende’ foodretail- en foodserviceconcepten onder de loep nam. Van Eekelen noemde een aantal ‘key-takeaways’:

  • Blurrende concepten zijn foodretailconcepten die foodservice bieden, of andersom. Primaire focus op één van beide vakgebieden is cruciaal, zo vertelt Van Eekelen. Vasthouden aan de corebusiness biedt de grootste kans van slagen.
  • Voor het welslagen van zowel blurrende foodservice- als foodretailconcepten is een juist gekozen locatie noodzakelijk. Hoe spreekt het concept zich uit? Urbanisatie speelt een belangrijke rol. Als een concept zich in de stad bevindt, dient het zich ook met een stedelijk karakter toe te spitsen op de consument. Een hoge urbanisatiegraad lijkt in ieder geval bij te dragen aan een snellere acceptatie van blurrende foodretail- en foodserviceconcepten.
  • In zijn verhaal licht de GfK-manager het concept Beej Benders er apart even uit, omdat het concept écht afwijkt van andere blurrende foodretailformules. Beej Benders slaagt er volgens hem als een van de weinige concepten in om Foodservice en Foodretail op een kwalitatieve manier rendabel samen te voegen.

 

Gerard Koning 

Gerard Koning van Coop heeft de lachers op zijn hand als er na een introductiefilmpje over de supermarktketen nog een reclame volgt over Page-toiletpapier. ‘Dat was niet de bedoeling’, grapt hij. De commercieel directeur deelt tijdens het congres enkele lessen met betrekking tot Coop Vandaag.

Coop Vandaag - twee vestigingen in Rotterdam - is de supermarkt voor ‘de kleine boodschap’ en ‘lekker dichtbij’. Samen maak je het verschil (pay off van de formule) en dat verschil is volgens Koning te behalen in de grote steden. De komende jaren wil Coop zich richten op de groeigebieden van Nederland, om zo groei van de keten te realiseren (en geen omzet kwijt te raken, aangezien de formule ook winkels in krimpgebieden heeft).

Eén van de speerpunten is het bieden van kookgemak ofwel in Coop-termen: ‘Kook jij of koken wij?’ Met een breed maar ondiep assortiment biedt Coop Vandaag de consument de keuze uit producten om zelf te koken of uit door Coop bereide maaltijden. In de Randstad blieft de consument echter geen doorsnee andijviestamppot met rookworst, wel een stamppot van zoete aardappel met geitenkaas en walnoten, deelt Koning één van de leringen.

Foodservice meets Foodretail: beide kanalen komen in de formule Coop Vandaag samen. ‘Om het concept een horeca-look & feel te geven, kwamen er ook tafeltjes en stoelen. Tot zijn verbazing gingen er ook daadwerkelijk mensen zitten om hun zojuist gekochte producten direct ter plekke te consumeren, vertelt Koning. Later bij de vragenronde komen de koffieprijzen ter sprake. Die gaat Coop Vandaag optrekken.

 

Bart van den Nieuwenhof 

La Place voelde zich een jaar geleden tijdens het eerste congres over blurring als een kind dat leert fietsen, met de helpende hand van moeder Jumbo in de rug. Dat is het beeld dat Bart van den Nieuwenhof, directeur van La Place, schetst.

Vandaag de dag is La Place de Tom Dumoulin van de foodbranche. De kinderfiets is ingewisseld voor een hypermoderne wielrenfiets in de hoogste versnelling. Zowel nationale als internationale wegen worden door La Place beklommen. De voormalige V&D-formule heeft inmiddels vestigingen in Duitsland, Frankrijk, Indonesië en Canada. De meest recente opening in Seattle betekent het eerste reguliere restaurant in de Verenigde Staten, een enorme mijlpaal, aldus de CEO die daarnaast de start met toiletconcept Pipi aanhaalt evenals een nieuw vergaderconcept.

La Place heeft te maken met een andere consument dan voorheen. ‘Food is the new fashion’, ‘Het reguleert mijn mood’ en ‘Food blokkeert mijn ouderdom’. Allemaal uitspraken die de topman van La Place om zich heen hoort. ‘Het is niet meer eten, drinken, plassen en weer weg. La Place is een plek geworden waar mensen elkaar ontmoeten, hele dagen werken of snel een lunch komen halen. Als je op locatie succesvol wilt zijn, gaat het om waardecreatie voor je klant.’

Na de overname door Jumbo richt La Place zich met het nieuwe cityconcept op alle momenten van de dag, de ochtend, middag en avond, en op vandaag en morgen. Met de aankondiging van productlijn La Place Thuis, die vanaf medio maart verkrijgbaar in de Jumbo-supermarkten, toont La Place aan dat de formule niet stilzit, sterker nog: die wielrenfiets zou over een jaar weleens een Formule 1-wagen kunnen zijn.

 

Henk-Jan van Maanen

Survival of the fittest: de meest wendbare bedrijven zullen overleven. De Van Maanen Food Groep laat bij monde van directeur Henk-Jan van Maanen zien welke stappen dit bakkersbedrijf heeft gezet op weg naar ‘de bakkerij van de toekomst’. De traditionele bakkerswinkel maakte plaats voor een Bakery Café.

Van Maanen vormt samen met broer Johan de vierde generatie die het familiebedrijf voortzet (o.a. 52 winkels), van oudsher een klassieke bakkerij die anno 2018 staat voor echt, ontmoeting, leiderschap, geluk en verbondenheid. Van Maanen spreekt van vervagende grenzen binnen de bakkerswereld waarin ‘je betekenis duidelijk dient te zijn’.

Van Maanen Food Groep onderging afgelopen jaren een transformatie. Vanuit de vraag ‘why’, van managementgoeroe Simon Sinek, gaf het bedrijf zijn bakkerswinkels een nieuwe rol. Primaire doelstelling van het Bakery Café is mensen in de buurt ‘gelukkiger maken’. Passie, talent en ondernemerschap bij elkaar opgeteld, brengen ons tot unieke resultaten en zorgen ervoor dat we wendbaar blijven en kunnen reageren op de veranderende consumentenbehoeften.

Daarbij staat productkwaliteit voorop: ‘Tijd kost geen geld, tijd is gratis.’ Het is een van de lessen in omdenken die hij van een van zijn Franse leermeesters leerde. In Delft opende Van Maanen zijn laatste Bakery Cafe, een ontmoetingsplaats, waar consumenten kunnen lunchen, maar die ook een avondkaart voert. Geïntegreerd in de winkel is een chocolaterie. Het bezoekersprofiel is een ‘complete afspiegeling van de Nederlandse bevolking’, vertelt Van Maanen.

 

Arno Buijs

‘Hema is van Nederland, Hema zit in ons DNA.’ Arno Buijs, head of food bij Hema, haalt ter illustratie een klacht aan. Aanhef van de brief: ‘Lieve Hema’. ‘Als de klacht vervolgens wordt opgelost, houden mensen nog meer van het Nederlandse warenhuis.’

Hema groeit, zowel in binnen- als buitenland, en Hema innoveert. De keten vernieuwde de inrichting van de grote winkels, het assortiment en de foodafdelingen gingen op de schop. De vestiging in Tilburg, een van de vijf pilotstores, is dan ook zeker een bezoek waard, nodigt Buijs zijn toehoorders uit. Waarom? Hema, sowieso het perfecte voorbeeld van blurring, laat er aan de linkerzijde van de winkel een totaal nieuwe foodservice- en take-away corner zien. ‘Je komt binnen op een versafdeling waar mensen bezig zijn met productie, waar emotie en beleving is en interactie met de klant.’

Het restaurant op de verdieping onderging ook een metamorfose. ‘Met Lekker Hema hebben we gekozen voor een compleet andere formule met nieuwe teams vol expertise en passende recepturen met maximaal vijf ingrediënten. ‘Iedereen moet ze kunnen maken.’ Buijs deelde een aantal learnings, zo wil het bedrijf de verspresentatie bij de entree verbeteren en nog meer activiteiten laten zien.

Food moet binnen Hema een groter omzetaandeel krijgen. Consumptie voor thuis wordt zoveel mogelijk gekoppeld aan consumptie ter plekke. Buijs besluit zijn presentatie met de internationale aspiraties die Hema heeft. Zelfs in Dubai liggen plannen voor de opening van een Hema. ‘Hema zit in ons, Hema zit overal.’

 

Tot slot

Directeur van het FSIN, Jan Willem Grievink, sloot de dag af. Door de grensvervaging tussen de kanalen zal er veel veranderen en niet alleen in de verdienmodellen van formules. Ook voor leveranciers gaat er veel veranderen. ‘Dat zorgt voor ontzettend veel en mooie kansen.’

Kan je iemand helpen met dit artikel? Deel het!